Het parlement
-Parlement =volksvertegenwoordiging= 1e en 2e kamer.
-2e kamer gekozen door directe verkiezingen (door het volk te laten stemmen).
-1e kamer gekozen door indirecte verkiezingen(door leden van de Provinciale Staten).
Wat gebeurd er voor,tijdens en na de verkiezingen?
-Kandidatenlijst inleveren(per partij).
-Campagne voeren voor je partij.
-Stemmers krijgen oproepkaart&stembiljet en gaan stemmen.
-Stemmen worden geteld.
-Kiesdeler word uitgerekend( hoeveel zetels krijgt elke partij?).
-Verdeling van de zetels.
-Fractievorming, groepjes vormen van 1 partij.
-Coalitievorming (fracties bij elkaar van meerdere partijen=kabinet).
-Oppositievorming(partijen die niet in kabinet zitten).
Taken & rechten 2e kamer
-Wensen van het volk vertegenwoordigen & controle van de regering(= ministers+koning).
-controleren van de ministers door: vragenrecht=altijd vragen stellen, budgetrecht=ze moeten instemmen met plannen die gaan over inkomsten en uitgaven, stemrecht=stemmen over wetsvoorstel, recht van interpellatie=ministers ter verantwoording roepen, recht van motie=verzoeken aan de minister iets wel of niet te doen, recht van initiatief=eigen wetsvoorstellen maken, recht van enquête=onafhankelijk onderzoek instellen, recht van amendement= wetsvoorstellen wijzigen tot de meerderheid het wetsvoorstel goedkeurt.
Taken en rechten 1e kamer
-De 1e kamer heeft dezelfde rechten als de 2e kamer behalve: het recht van initiatief en het recht van amendement.
Maak jouw eigen website met JouwWeb